De gevolgen van littekens na een borstamputatie
Na een borstamputatie ontstaat er littekenweefsel op en onder de huid. Dit weefsel heeft niet dezelfde elasticiteit en beweeglijkheid als gezond bindweefsel. De borst, schouder, ribbenkast en zelfs de bovenarm kunnen hierdoor beperkt worden in hun natuurlijke beweging.
Daarnaast kunnen zenuwen in het geopereerde gebied beschadigd of overgevoelig raken, wat kan leiden tot:
- Fantoompijn: het gevoel dat de borst er nog is, maar met pijnklachten
- Zenuwpijn of tintelingen in de borststreek, arm of oksel
- Stijfheid in de schouder en borstkas
- Beperkte ademhaling of een gevoel van “vastzitten” in de bovenste romp
- Veranderde lichaamshouding (bijvoorbeeld het optrekken van de schouder aan de geopereerde zijde)
Deze klachten ontstaan vaak geleidelijk en worden niet altijd direct herkend als gerelateerd aan de operatie.
